Waardering:

Van zwerfjongere tot schrijvend miljonair

Met gepaste trots laat Philipp van den Berg een fotootje op zijn mobiele telefoon zien: een oude Rolls-Royce in topconditie prijkt op een oprijlaan. Het is een van de veertien auto’s van de sympathieke zestiger uit zuid Duitsland. “Het enige dat je ervoor hoeft te doen is een paar bestsellers schrijven”, zegt hij hartelijk lachend.

Met zijn historische romans – Het Sixtijnse geheim, Het geheim van de Madonna – oogst Philipp van den Berg dat succes volop. Van zijn boeken zijn al twintig miljoen exemplaren in 33 talen verkocht. Dat is meer dan voldoende om een kasteeltje in zuid Duitsland te kopen en er een verzamelhobby op na te houden.

In zijn garages staat een kapitaal aan auto’s: Van een Rolls uit het begin van de vorige eeuw tot een Corvette uit 1959 (‘Helemaal van fiberglas met van die vinnen, een pracht van een auto en een met een 5,7 liter motor die rijdt als een duivel’) en nagelnieuwe wagens (een Mercedes en Jeep) voor de dagelijkse ritjes naar de bakker en de slager.

“Ik ben niet als alle auteurs. Daar wordt wel eens van gezegd dat ze nog geen spijker in de muur kunnen slaan. Ik heb een oude Rolls tot aan het laatste schroefje uit elkaar gehaald en de auto daarna opgeknapt weer in elkaar gezet. Dat heeft twee jaar geduurd. Het zijn van die projecten waar ik aan begin om mijn eigen grenzen te testen. Zo gaat het ook met het schrijven van een boek. De eerste bladzijden gaan goed, maar de volgende achthonderd! Ik denk dan meteen: Dat kan ik niet. Mijn vrouw troost me dan. Het is al 28 keer op rij goed gegaan.”

Van den Berg heeft reden genoeg om trots te zijn. Dat is niet alleen maar omdat hij waar hij ook komt zijn boeken in de winkels ziet liggen. Het heeft ook te maken met zijn jeugd. Na zijn geboorte is Philipp van den Berg in een weeshuis terecht gekomen. “Ik dacht bij mezelf: arme hond, waarom gaat het iedereen beter. Mensen hebben allemaal een portie geluk meegekregen. De een krijgt het met kleine beetjes, anderen krijgen dat in een keer gepresenteerd. Ik heb nu al die auto’s, een kasteel. Het is om deemoedig van te worden. Ik weet niet waarom ik zoveel geluk heb gehad. Tot mijn dertigste kon ik niet wachten tot de tijd voorbij zou gaan. Daarna is alles veranderd. Vanaf dat moment vraag ik me af waar de tijd blijft.”

Geschiedenis en kunst hebben altijd veel voor hem betekend. Het ging het ook studeren, totdat zijn geld op was. “Mijn pleegvader wilde dat ik medicijnen ging studeren. Dat of niets, zei hij. Het werd dus niets. Ik heb als clochard onder de bruggen geslapen en in armoede geleefd. Een moeder van een schoolvriend die ik tegen kwam heeft me gered. Zij nam me mee en bood me een kamer aan. Omdat ik niets kon en nergens voor had geleerd, ben ik toen maar journalist geworden.”

Na bijna een jaar als volontair leidde hij een regionale editie van een grote krant in München. Maar hij keek goed om zich heen en zag de auteurs die voor dezelfde uitgever werkten. “Die waren allemaal niet bijzonder. Waarom zou ik het dan niet zelf eens proberen?”

De stap naar thrillerschrijver liet niet lang op zich wachten, hoewel het niet zijn bedoeling was. “Ik ben een verhalenverteller. Geen schrijver. Maar de combinatie van verteller en journalist maakte dat ik boeken ging schrijven.”

Zijn interesse in de geschiedenis maakte dat hij vooral thrillers schreef met als thema het verleden. Maar hij is kieskeurig in zijn beschrijvingen, vertelt Van den Berg. “Ik beschrijf niets zonder dat ik het zelf heb gezien. Dat maakt mijn boeken authentiek. Het begin van een boek is altijd feitelijk. Ik heb iets gehoord of gelezen en dat ga ik dan helemaal uitzoeken. Dat schrijf ik op, maar op een bepaald moment verlaat ik de feiten en dan wordt het fantasie. Maar waar? Dat is mijn geheim.”

Wat hem nu zo’n geslaagde auteur heeft gemaakt, dat weet hij zelf eigenlijk ook niet. “Ik denk dat het eenderde kunnen en eenderde willen is. En eenderde geluk. Zonder een van die drie kan het niet. Ik wilde en ik kon. En ik heb ook dat geluk gehad. Daar ben ik nu nog dankbaar voor.”