Waardering:

verhoef erken mij‘Je realiseert je dat je je kind zelf wil opvoeden’

Na vier jaar op het platteland van Frankrijk, bleek de kilometerslange reis naar Nederland toch echt te lang. Als beroemd schrijfster moest Esther Verhoef met haar man Berry zo vaak in Nederland zijn, dat ze ‘vier maanden per jaar onderweg was’. “We zaten te denken aan een au pair, maar toen realiseerde ik me dat ik mijn kinderen zelf wilde opvoeden. En dus zijn we weer in Nederland gaan wonen.”

Esther Verhoef
Esther Verhoef

Esther Verhoef is even terug in haar geliefde Frankrijk, Parijs om precies te zijn. Zij presenteert er het geschenkboekje voor de Maand van het spannende boek. Haar novelle Erken mij wordt door de stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (CPNB) uitgebracht en in juni cadeau gegeven aan lezers die een boek kopen.
Erken mij speelt zich af in het mondaine Parijs van de Champs Elyssée, dure hotels en hippe restaurants. Een vrouw gaat er een paar dagen tussenuit met haar psycholoog. Zij is nog maar net klaar met haar therapie als op zijn uitnodiging in gaat. De man neemt hij mee naar het chique hotel in Parijs waar hij vaker logeert. Hij maakt misbruik van zijn gezag om met een nieuwe liefde tussen de lakens te kunnen duiken. Dat blijkt hij wel vaker te doen en het bevalt hem best. Maar eens moet het misgaan en dat gebeurt nu. In een prachtige novelle vertelt Esther Verhoef met haar mooie schrijfstijl het verhaal van misbruik, egoïsme en wraak.
Voor het boekje hebben Esther en Berry Verhoef dagenlang in Parijs rondgedwaald om sfeer te proeven en locaties te zoeken. “Ik sla dat allemaal op in mijn hoofd,” vertelt Esther. Ze hoeft geen aantekeningen te maken. “Het gaat mij om de sfeer, de geur, indrukken. Hoe we precies lopen, weet ik niet. Dat houdt Berry bij.” Dat blijkt als ze de route door de Franse hoofdstad loopt met haar bezoek. ‘Hier links, Berry?’ klinkt het bij bijna elke straathoek. “Als we in de auto zitten, neemt Esther foto’s van verkeersborden om te kunnen onthouden hoe we zijn gereden,” vult Berry lachend aan. Esther: “Je moet later wel kunnen opschrijven wáár precies dat ene pompstation was. Dat soort dingen weet je thuis echt niet meer.”
Ondanks de verhuizing van de familie – Esther en Berry hebben drie kinderen – wil Esther niet gezegd hebben dat ze Frankrijk heeft verlaten. “We hebben gewoon twéé thuizen. Onze boerderij in Frankrijk is geen vakantiehuis. Onze meubels staan er, onze vrienden wonen er nog. Alleen wíj zijn er niet meer elke dag,” nuanceert zij.
De terugweg naar Nederland heeft de familie Verhoef minder problemen gekost dan de verhuizing naar Frankrijk. Toen moesten ze de taal leren en wennen aan de nieuwe cultuur. Nederland was als een oude jas die nog aan de kapstok hing. “De kinderen moesten op school wel wennen. In Frankrijk is het allemaal strenger en formeler. Daar staan de kinderen op als er een volwassene de klas binnen komt. In Nederland werken de kinderen in groepjes en het is in de klas nooit stil. En voor ’s middags broodtrommeltjes mee. Geen kantine, koks en warme maaltijden meer.”
Esther Verhoef mist wel het weidse heuvellandschap, de stilte en de natuur. Dat is in Nederland anders. Ook al woont ze op het Brabantse platteland, het is er nooit helemaal stil en er is altijd wel een kerktoren in de verte te zien. “Maar er zijn ook nadelen aan Frankrijk, hoor. De dichtstbijzijnde supermarkt was een half uur rijden. De stad lag op anderhalf uur. Het regionale eten was lekker, maar er was niet bepaald veel keuze. Op een gegeven moment ben je daar klaar mee. Eendenpoot, eendenborst, eendensoep. Hoe wilt u uw eend, was eigenlijk de vraag als je aan tafel ging. In Nederland is zo veel meer keus. Je kan alles krijgen, niets is ver weg.”
Wat ze zeker mist, zijn de beleefde omgangsvormen in Frankrijk. De voorkomendheid, die zelfs sommige Parijzenaars kenmerkt. “Toen we hier in deze straat bij de Champs Elysee bezig waren met foto’s stopten de mensen tot de fotograaf klaar was. Dat verwacht je toch niet? En ik ben hier echt geen bekend gezicht. In Amsterdam lopen ze je gewoon ondersteboven. Ik houd wel van die Franse omgangsvormen.”
Vooral voor de kinderen hebben ze nu Frankrijk gedeeltelijk opgegeven. Het was te ver weg en vanwege het succes van haar boeken en de gezamenlijk geschreven Escobers – vertalingen verschijnen nu in Engeland, Amerika, Rusland en Duitsland – moest ze steeds vaker naar Nederland. “Als we nu een avond in Amsterdam moeten zijn, kost het een avond. Vanuit Frankrijk was je er alles bij elkaar vijf dagen mee zoet. En als we naar het buitenland moeten, zijn we zo bij Schiphol. Daarvoor moesten we helemaal naar Parijs rijden. Vijf uur in de auto.” Maar Frankrijk blijft belangrijk voor ze. Alle vrije tijd wordt in het ‘Franse thuis’ doorgebracht. Sterker nog, zegt Esther Verhoef: “Ik houd van Nederland, maar als het aan mij ligt gaan we helemaal terug naar Frankrijk als de kinderen het huis uit zijn.”